Kihon vormt de basis, en met hiermee trainen we de basis technieken en ontwikkelen we stabiliteit, snelheid en kracht.
In de beslissende technieken van het karate (kime-waza) schuilt een enorme explosieve kracht. Deze kracht komt voort uit de lichaamsbewegingen:, en bijzonder belangrijk is de gecombineerde draaiing van het bovenlichaam en de heupen.
Het soepel en snel draaien van de heupen, terwijl ze op 1 lijn gehouden worden vindt men ook in andere sporten, zoals bij het werpen en slaan
bij baseball, het slaan bij golf en het kogelstoten. Maar noch bij andere sporten, noch bij de slagen en stoten van karate is het
strekken en spannen van de armspieren alleen voldoende voor een doeltreffende techniek.
Bij karate geldt: weer af met de heupen en stoot met de heupen. (Masatoshi Nakayama)
Alle basis technieken en bewegingen worden op deze wijze geoefnd waardoor dynamiek, soeplesse, ontspanning, snelheid kunnen ontstaan.
Een techniek kan alleen maar scherp en beslissend zijn wanneer
de heupdraaiing voiledig wordt benut.
In het begin moet de heupdraaiing worden geoefend door het ma-
ken van een snelle beweging over een langere afstand. Naarmate
men de techniek beter gaat beheersen, wordt de afstand korter,
maar de beweging blijft snel. Tenslotte moet men het gevoel krij-
gen dat de heupen met een scherpe, snijdende beweging draaien.
Er zijn zowel technieken met snelle, krachtige en lange bewegin-
gen als technieken met snelle, scherpe en korte bewegingen. Het
is erg belangrijk te leren voor welke situatie een bepaalde tech-
niek geschikt is. Dit vereist langdurige oefening.
De beginner moet eerst de snelle, krachtige en lange beweging
technisch goed onder de knie zien te krijgen. Hoe sneller de heup-
draaiing plaatsvindt, des te beter, want hierdoor krijgt de tech-
niek haar grote snelheid. Het principe van de draaiing is hetzelfde
als dat van een veer. Hoe strakker een veer wordt opgewonden,
des te groter de kracht die bij het afwinden vrijkomt. Het draaien
van de heupen bij het in de half naar voren leunende stand komen
en bij het afweren is als het opwinden van de veer. Het draaien
van de heupen naar de andere kant (tot in de oorspronkelijke po-
sitie) en de draaiing bij het stoten is als het afwinden van de veer.
Het terugtrekken van de arm (hiki-te) – Heupdraaiing (afweer) –
Tegengestelde heupdraaiing – Stoot.
De standen waar we het meeste mee gaan werken zijn de naar voren leunende stand (Zenkutsu Dachi, de naar achteren leunende stand (Kokutsu dachi) en de paardenzit stand (Kiba dachi.
Gedan Barai
Gedan barai met gyaku tsuki (tegengestelde stoot)
Age Uke
Soto Uke
Uchi Uke
Shuto Uke
Choku Tsuki
Oi Tsuki
Kizami Tsuki
Gyaku Tsiki (met yori ashi)
Mae Geri
Yoko Geri Kekomi
Yoko Geri Keage
Mawashi Geri
Ushiro Geri
Klik op mijn naam hieronder om te whatsappen
Stel jouw vraag en ik reageer zo snel mogelijk